1908
Article
De Unione popolare
Er komt leven in.
Er was al lang een Katholieke Sociale Actie in Italië.
Maar ’t wou niet.
Waarvan dat kwam? Alle mogelijke redenen haalt men er voor aan, tegenstrijdige niet uitgezonderd. Gemis aan een degelijke wetenschappelijke leiding, die bezield met katholieken geest, steunend op de Roomsche wijsbegeerte, vertrouwen wekte in de verschillende streken van het vereenigde Italië, het gemis bovendien van de noodige ontwikkeling bij het Italiaansche volk, maakten de vereeniging zoo goed als onmogelijk. In al dat laveeren en schipperen, peilen en polsen hebben echter zoo langzaam velen geleerd. Uit vele aanvankelijk dolle scheepsjongens, zijn kundige stuurlui gegroeid. Het succes dat ze hier en daar hadden met een ontredderde schuit in goede haven te brengen, deed de vele visschertjes in het maatschappelijke sop onwillekeurig eens naar hen kijken. De loodsen gingen verder op verkenning uit, tot ze eindelijk konden zeggen: we kennen het water. Ze hebben een vuurtoren gebouwd en ’n havendienst georganiseerd. We willen hopen, dat de velen, die op den maatschappelijken oceaan van Italië ronddobberen naar hun vuurtoren zullen zien en de loodsen zullen gebruiken om hen in de haven van Christelijke orde en vooruitgang te brengen.
In Italië zijn op het oogenblik tal van katholieke mannen, leeken zoowel als priesters, die wat weten van maatschappelijke orde en vooruitgang. Boven allen zal wel staan Prof. Jozef Toniolo. Wat zijn sociaal-economische kennis aangaat, mag hij als één der eerste gelden onder de katholieken, ook der wereld. Zijn populariteit, zijn sympathiek redenaarstalent stelt hem in staat van zijn wetenschap een weldadigen invloed te doen uitgaan. Natuurlijk Italië is geen Nederland, het heeft tweemaal meer arbeiders, dan Nederland menschen en het spreekt vanzelf, dat er onder veel wetenschappelijk-gevormde Katholieken nog anderen zijn, wier naam op sociaal-economisch gebied een goeden klank heeft.
Maar Toniolo is DE man.
En dat Toniolo president is gekozen van de nieuwe organisatie der Kath. Soc. Actie in Italië, men moest het verwachten, maar men is er toch blij om. Een betere zou men bezwaarlijk vinden.
Wat wil de Kath. Soc. Actie in Italië?
Wat wil ze in Nederland?
Ontwikkeling en propaganda voor de toepassing der christelijke beginselen in de maatschappelijke orde. Bovenal het volk bekend maken met hetgeen volgens onze beginselen de weg is om de maatschappelijke orde vooruit te werken en verbetering aan te brengen, voorkomen dus, dat het volk door anderen wordt misleid, en als het reeds misleid is of den verkeerden weg is ingeslagen het daarvan te overtuigen, daarvan terug te brengen.
Evenals bij ons in Nederland bij de organisatie der Kath. Soc. Actie het wachtwoord was Centralisatie van de leiding decentralisatie van de actie is ook hier het hoofddoel, een kundige leiding te geven, geen gezag uit te oefenen. Volksontwikkeling is haar leus, ontwikkeling op sociaal gebied, maar ontwikkeling ook in de godsdienstige beginselen van het persoonlijk en maatschappelijk leven. Uit de gelijke stemming der verschillende snaren des volkslevens zal dan vanzelf het heerlijk accoord der christelijke maatschappijorde als een bewust scheppingslied opklinken.
Ik spreek daar van muziek, van stemmen, van zingen.
Onwillekeurig denk ik daaraan, nu voor een paar dagen het Centraal-Bureau der Kath. Soc. Actie (te Florence gevestigd) een volkslied heeft uitgegeven. Met een twintigtal vrienden, behalve ik, allen Italianen, waren we bijeen, toen een stuk of wat nummers der Mededeelingen aankwamen en daarmee zooveel exemplaren der nieuwe hymne.
Zingen!
Eén aan de piano, de anderen eerst zachtjes, maar spoedig uit volle borst aan ’t zingen. ’t Was inééns al enthousiasme in ons kleine gezelschap. Vooral het refrein op hetzelfde motief als ons
“Dat is ter eere,
Dat is ter eere,
Dat is ter eere,
Van Bruidegom en Bruid.”
werd telkens weer ingezet met nieuwe sympathie; moge het overal zoo geweest zijn:
“O bianco fiore
Simbol d’amore
Con te la gloria della vittoria;
O bianco fiore
Simbol d’amore
Con te la pace che sospira il cor.”
O wit bloempje, zinnebeeld der liefde, met u (behalen we) de palm der overwinning, o wit bloempje, zinnebeeld der liefde, met u (vinden wij) den vrede waarnaar ons hart verzucht.
Wat is dat witte bloempje?
Eigenaardige toespeling op het onderscheidingsteeken der Kath. Democratie in Italië. Het bloempje bestaat ook in Nederland, de giroffelbloem; men gebruikt het nogal om bedden af te zetten; ze zijn wit of rood. Het roode is het onderscheidingsbloempje der Rooden, der Socialisten; wij hebben het witte, het is voor de christelijke Democratie het zinnebeeld der liefde, welke ze elkander moeten toedragen in het maatschappelijk leven, het zinnebeeld van den vrede, welken ze, op christelijken grondslag werkend, hopen te vinden en vinden zullen, van den vrede die toch het eerste is voor ’s menschen geluk en zonder welken alle maatschappelijke verbetering voor het volk niets beteekent. Terecht drukte het Centraal-Bureau den voorlaatsten regel der hymne cursief,
“Lottiam per la fede, lottiam per il pane.”
“Strijden we voor ons geloof, strijden we voor ons brood.”
Als we het geloof, de christelijke levensbeschouwing verloren hebben, dan heeft de strijd voor ons dagelijksch brood voor ons geluk zijn beteekenis verloren.
Maar ik dwaal af.
Ik wilde maar zeggen: het volk meer zijn maatschappelijke positie bewust te doen worden, doch niet ten koste van zijn eeuwig geluk, is ook hier hoofddoel der organisatie der Kath. Soc. Actie en het Centraal Bureau spant alle krachten in, de volksmisleiding te voorkomen en het volk in zijn, in den grond christelijke overtuiging te doen samenstemmen in het bereiken eener christelijke maatschappijorde.
Hoe het dat doel tracht te bereiken?
Eerst een kort woord over de organisatie:
De Kath. Soc. Actie in Italië is niet zooals bij ons, gevormd door aaneensluiting van onderscheiden, plaatselijke vereenigingen van socialen aard, doch ééne, onmiddelijke afzonderlijke vereeniging, waartoe een ieder toe kan treden, dus meer in den vorm van den Duitschen ‘Volksverein’. In ieder diocees heeft de organisatie een afgevaardigde. De diocesaan-secretaris is echter niet de vertegenwoordiger der in dat diocees aanwezige leden, doch slechts de helper van het Centraal-Bureau in die streek. Nergens vormen dan ook eigenlijk de leden plaatselijke comités; ze zijn allen lid van de Nationale vereeniging. Vereenigen ze zich bijv. in vereenigingen, studiekringen, of wat dan ook, nooit zijn ze daardoor lid van de Nationale Vereeniging. Dat is ieder afzonderlijk en persoonlijk.
De onderscheiden leden kiezen echter afgevaardigden voor den Centralen Raad en zijn daarbij in 14 kiesdistricten verdeeld. In December had in de verschillende districten die verkiezing plaats. Zes districten kozen 2 afgevaardigden, zoodat in het geheel een Raad van 20 werd gekozen, welke zich nog 12 andere leden toevoegde. Uit deze 32 werd 9 Januari het Centraal Bestuur gekozen, bestaande uit een Voorzitter (Prof. Toniolo) , drie ondervoorzitters (uit Noord- Midden- en Zuid-Italië), een secretaris, een penningmeester en drie raadsleden-priesters.
De Secretaris van het Centraal-Bestuur heeft te Florence de leiding van het Centraal-Bureau, zooals bij ons in Nederland Mr. Aalberse, secretaris van het Centraal Bestuur, de leiding heeft van het Centraal-Bureau te Leiden. Algemeen Secretaris is in Italië Prof. Jozef Roselli, een man voor zijn post berekend. Twee leeken en twee priesters hebben met hem de leiding van het Bureau, waaraan bovendien zeven vaste klerken verbonden zijn en nog zes beambten voor de meer ondergeschikte bezigheden.
Een flink begin dus.
Dit wat de organisatie betreft.
Wat in den tijd van een paar jaar reeds door dit Centraal Bureau is gedaan, is bewonderenswaardig. Het eerste jaar is in vele opzichten, vooral wat activiteit naar buiten betreft, een der moeilijkste. De werking van het Bureau heeft veel overeenkomst met die van het Nederlandsche. Het eerste werk was het volk met de organisatie bekend te maken. Van de Alpen in het Noorden tot de grenzen van Sicilië in het zuiden werden terstond 100.000 exemplaren der Statuten verspreid en 300.000 nummers van een oproep aan het Italiaansche katholieke volk. Terstond ook werd een begin gemaakt met een tijdschriftje, iedere twee maanden verschijnend, waarin het volk omtrent strekking en streven der Kath. Soc. Actie en omtrent actueele vraagstukken van den dag wordt ingelicht, een propaganda-boekje, dat zeer goed wordt geredigeerd. Het zijn de Mededeelingen van ons Centraal Bureau in meer populairen vorm en aangevuld met propaganda-artikelen en leerzame schetsjes. In een jaar tijds is het aantal lezers, dus het aantal leden, van 50.000 tot 100.000 geklommen. Het boekje ontvangt ieder lid gratis, evenzoo de vliegende blaadjes. De contributie voor het lidmaatschap is echter 50 ct. Tot nu toe zijn 5 boekjes verschenen. Van de vliegende blaadjes verscheen het eerste al spoedig met den titel: Om onze vrijheid, toen de vrijmetselarij haar lastercampagne tegen de verschillende kerkelijke instellingen was begonnen. Toen het wetsontwerp op de Zondagsrust was ingediend, voor een paar dagen als wet in werking getreden, was het Centraal-Bureau er aanstonds bij de gedachte van Zondagsrust onder het volk meer ingang te doen vinden en een vlugschrift: Voor den Rustdagfeestdag ten getale van 80.000 onder het volk te verspreiden. Toen in April de schoolkwestie levendig werd en vooral het godsdienstig onderwijs werd bedreigd, werden vanwege het Centraal-Bureau 70.00 exemplaren van een ander vlugschrift Om de School verspreid en tallooze lezingen georganiseerd om het volk van het belang van het onderwijs, maar dan van godsdienstig onderwijs te overtuigen. Bij gelegenheid van den 1sten Meidag werden een andere 50.000 exemplaren van een vlugschrift onder de arbeiders verspreid. In Juni volgde daarop een verspreiding van 50.000 nummers van een vlugschrift Over Matigheid en Verzekering. Wijl de laster-campagne vooral tegen de kerkelijke instellingen van onderwijs aanhield, beproefde de organisatie door een buitengewone oplaag van 760.000 nummers van een vlugschrift De Waarheid daaraan een einde te maken en het is mede aan haar energiek optreden te danken dat het onhoudbare der beschuldigingen door het volk werd ingezien en de religieuze Scholen weer het aanzien genoten van voorheen. In Augustus dikte nog een oplaag van 160.000 exemplaren van het vlugschrift De vijand van Italië, en in September 130.000 van een andere oproep aan het Italiaansche volk, het in Juli verschenen vlugschrift aan enz., enz. – Genoeg om te doen zien, dat het Centraal Bureau er op uit was in de actueele vraagstukken van den dag licht te brengen bij de bevolking, ook bij velen, die een Katholieke Courant niet lezen.
Maar er werd meer gedaan.
In October werd o.a. besloten een Kath. Soc. Weekblad uit te geven, om het volk, vooral de meer ontwikkelden met de sociale beweging in dezen tijd op de hoogte te brengen, in te lichten over de verschillende sociale wetten, te wijzen op het voorbeeld door anderen ons op den goeden weg voorgegaan gegeven, en duidelijk de beginselen van het maatschappelijk leven uiteen te zetten.
Was het wellicht een gevolg van het groote succes dat de Sociale Week door de organisatie georganiseerd, beleefde? Een Sociale Week was een der eerste punten van het program der organisatie. In Juni kwamen in het paleis van den nog jongen, maar energieken, talentvollen kardinaal Maffi, aartsbisschop van Pisa de voormannen der Sociale beweging in Italië samen om over de regeling ervan te beraadslagen. Natuurlijk waren daar de vroegere leider der sociale beweging Medolago-Albani, de Professoren Toniolo en Roselli, om van vele anderen niet te spreken, maar ook was daar Prof. Dr. Pottier. Italië is bij zijn nieuwe organisatie te rade gegaan ook in den vreemde. We zagen den huidigen Secretaris van het Centraal-Bureau op den Katholiekendag te Würzbürg verschijnen, de sociale beweging in Duitschland bestudeeren en zijn verslag daarover uitbrengen in een volksboekje Il Volksverein. Op ons Centraal-Bureau te Leiden kwam dr. Pedrinelli van Bergamo, in naam van Mgr. Radini-Tederschi, een studie maken van onze organisatie. Te Rome is Prof. Pottier een Belg, in België velen te vooruitstrevend, door den Paus benoemd tot Professor in de Sociale Wetenschappen aan het Pauselijk Instituut tot opleiding der Italiaansche geestelijkheid. In opdracht der Kath. Soc. Actie leidt hij daar tevens een socialen studiekring van jonge priesters en leeken. Hem komt een bijzondere vermelding toe bij de beschrijving van de Kath. Soc. Beweging in Italië. Door zijn professoraat alleen reeds gaat van hem een bijzondere invloed uit op de jonge, Italiaansche geestelijkheid. Op de te Pistoja van 23-28 September gehouden ‘Sociale Week’ was hij een der hoofdfiguren en verzekerde hij mede het succes, daar door de Kath. Soc. Actie behaald. We kunnen op de regeling der Sociale Week niet nader ingaan, slechts kunnen we verklaren, dat de regeling die van onze Sociale Weken zeer nabij kwam. Het Italiaansche temperament is wat meer geneigd tot vuurwerk en pathos, doch de hoofdzaak was ook hier in leerzame conferenties de toehoorders een blik te geven op de sociale beweging in het algemeen, op de hoofdstroomingen in het bijzonder en hen van de noodzakelijkheid van de toepassing der christelijke beginselen in die beweging te overtuigen. Als iets bijzonders kunnen we nog vermelden, dat van een nadere gedachtenwisseling tusschen den spreker en eenige zich meer voor een bepaald punt intresseerende toehoorders nog al ruim gebruik werd gemaakt en behalve de gewone vergaderingen nog spontaan nevenvergaderingen werden gehouden, waarin door een spreker meer huishoudelijk met eenige toehoorders het behandelde punt meer uitvoerig en praktisch werd besproken. O.a. was dit het geval met de les van Prof. Pottier over de Coöperatie.
Ik zou nog veel meer moeten verhalen van de nieuwe organisatie der Kath. Soc. Actie, wilde ik eenigszins volledig zijn. Zoo is zij onder meer begonnen met een uitgave als van onze Volksbibliotheek. In het algemeen kan men zeggen is voor de nieuwe organisatie het middel om haar doel te bereiken: de Pers.
In het laatste nummer der Mededeelingen staat met dikke, vette letters: Drie dingen zijn er noodig om een mensch van onzen tijd te zijn: lezen, lezen en nog eens lezen. ’t Is in Italië waar het Socialisme zijn opgang dankt veel meer, oneindig veel meer aan de onwetendheid des volks dan aan de heerschende misstanden, welke er evengoed zijn, niet genoeg te herhalen.
Maar lezen en lezen is twee. Vandaar de werkzaamheid van het Centraal-Bureau het volk in korte, duidelijke, populaire geschriften, vlugschriften en volksboekjes vooral, voor te lichten. Voor de vervaardiging ervan worden prijsvragen uitgeschreven. Men kan gerust zeggen, dat geheel de werkzaamheid der nieuwe organisatie der Kath. Soc. Actie in Italië bestaat in het streven naar volksontwikkeling in Katholieken geest.
Zeker ook van tegenovergestelde zijde zit men niet stil en worden lofwaardige pogingen gedaan het volk te ontwikkelen, het verband in de verschillende rangen van zijn bestaan te doen zien, doch het einddoel van de twee richtingen is te verschillend, dan dat samenwerking in dezen mogelijk is. Zelfs lof is moeilijk voor een streven, dat in vele opzichten goed, in eindresultaat noodlottig is. Wij moeten voorkomen dat het volk door zijn streven naar maatschappelijke verbetering ten slotte nog ongelukkiger wordt dan het was. “Wij kunnen niet ontkennen”, zegt Paus Leo XIII, “dat er een algemeene democratische beweging is en deze socialistisch of christelijk zal wezen, naar den ijver, dien wij daarbij aan den dag leggen.”
We hopen, dat de ijver der Kath. Organisatie nieuw leven giet in de aderen der in den grond katholieke bevolking en door haar krachtig werken wordt voorkomen, dat Italië de revolutie tegemoet gaat.
T.B.
- Published in: De Voorhoede, 15 February 1908, 3 [Brieven uit Rome]. The article has been discovered in 2019, by Ineke Cornet, in the archives of ‘Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis’ (Amsterdam), which preserves the magazine. ↑
© De Voorhoede: Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam
Published: Titus Brandsma Instituut 2023