Stylieten

1938

Encyclopedic entry

 

Stylieten

[1]

Stylieten, kluizenaars, die na gewoonlijk eerst geruimen tijd monnik of kluizenaar te zijn geweest, hun boetvaardig leven bekroonden met op een zuil wonend altijd recht te staan in den dienst van God, [297] ver boven de wereld. Een voortrap in de ontwikkeling is het zich nooit voor rust neerleggen of gaan zitten, een oefening, welke we bij de Egyptische kluizenaars vinden. Bij hen werd ook het eerst de zuil als woonplaats gekozen en deze godsvrucht breidde zich zoo sterk uit over Egypte, Griekenland, Klein-Azië, Palestina, Syrië, Mesopotamië en zelfs tot in Georgië en Rusland, dat afzonderlijke regels voor dit leven werden vastgesteld. Het platvorm was in den regel zoo groot, dat er een hut op kon worden gebouwd en er de H. Mis kon worden gelezen door s., die priester waren. Het verlaten van de zuil was aan strenge bepalingen onderworpen. Bij lagere zuilen had de communicatie met de buitenwereld, ook het communiceeren, plaats door het laten opklimmen langs een ladder; bij hoogere werd een mand, voor het communiceeren een kelk door middel van een katrol-stelling opgetrokken. De s. genoten het hoogste aanzien. Men verzamelde zich rondom hun zuil om naar hen te luisteren, bouwde zelfs kloosters daarom heen om onder hun leiding te leven. Tot de bekendste s. of zuilheiligen behooren → Simeon Stylites en → Daniel de Styliet.

Lit.: H. Delahaye S.J., Les Saints stylites (1923).

Brandsma

 


  1. Published in: De Katholieke Encyclopaedie, Vol. XXII., c. 296-297. The NCI preserves the typescript.

© Nederlandse Provincie Karmelieten

Published: Titus Brandsma Instituut 2022